Zeven jaar terug kreeg Huub de diagnose glaucoom. Door de progressieve oogziekte ziet hij nu nog maar 20%. Maar ondanks zijn visuele beperking blijft hij om zich heen kijken, met het oog op de toekomst, om anderen verder te helpen. Zijn wens? Dat anderen ook blijven omkijken naar hem, zodat hij blindelings door zijn geliefde stad Tilburg kan blijven bewegen. Dit is Huub’s verhaal.
Doen wat kan
Glaucoom kan ertoe leiden dat Huub steeds slechter gaat zien en uiteindelijke blind wordt, maar ondanks alles behoudt hij een positieve blik op het leven. ‘Ik doe alles wat ik nog kan. Mijn filosofie is: geniet nu, want morgen kan de wereld er weer helemaal anders uitzien.’ Op dezelfde manier gaat hij om met zijn ziekte: improviseren, leren en delen. ‘Ik fiets nog steeds, op een tandem met mijn vrouw. Ik wandel overal naar toe met mijn witte stok en ik ga ook nog naar het voetbalstadion. Hier bij Willem II kun je de wedstrijd beleven met live commentaar via een koptelefoon. Dat is heel fijn, dan voel je je welkom ondanks je beperking.’
Aanpakker
Ook op het gebied van toegankelijkheid is Huub een echte aanpakker. Zo is hij onderdeel van Toegankelijk Tilburg en zet hij zich in voor het Oogcafé. ‘Toen ik net de diagnose glaucoom kreeg, kon ik daar leren hoe ik mijn leven makkelijker kon maken en hoe ik kon omgaan met mijn beperking. Ook heb ik veel contacten gelegd met lotgenoten.’ Nu vele jaren later is Huub juist de persoon die anderen verder helpt. ‘Als ervaringsdeskundige ga ik met Toegankelijk Tilburg mee de stad in om te kijken wat er anders kan. Maar ik ben sowieso de hele dag bezig met toegankelijkheid. De FIXI app gebruik ik bijvoorbeeld heel veel. Daarmee kun je als inwoner iets melden. Als ik een stoeptegel los zie of voel liggen, dan is dat morgen opgelost. Ik kan zo zelf op een laagdrempelige manier bijdragen aan een toegankelijkere stad, ook bij mij in de wijk. Het zijn soms kleine stapjes waarmee je een enorm verschil kunt maken.’
Blindelings vertrouwen
Andere stadsgebruikers van Tilburg kunnen volgens Huub ook met een aantal kleine handelingen een bijdrage leveren. ‘Wat belangrijk is: houd de blindegeleidelijn en het trottoir vrij. Zet je fiets of container niet midden op de stoep. En het belangrijkste van alles: blijf omkijken naar elkaar. Ik heb een witte stok en daardoor houden mensen vaak rekening met mij. Ik hoop dat we allemaal naar elkaar blijven omkijken, zodat iedereen met een fysieke beperking zich zo vrij mogelijk door de stad kan blijven bewegen.’
